Mark Rutte kan als premier “niet iedereen in Nederland gelukkig maken”.
Hij snapt dat veel nee-stemmers teleurgesteld zijn dat hij geen gevolg geeft aan de uitslag van het Oekraïne-referendum. Maar Rutte vindt dat hij moet doen wat in het landsbelang is. Het niet doorzetten van het associatieverdrag zou “een enorm cadeau zijn voor Moskou”.
Rutte zei dat zaterdag in Zevenhuizen, waar hij in debat ging met zo’n tachtig door de VVD geselecteerde Nederlanders over het Oekraineverdrag. Het waren volgens de organisaties echter lang niet allemaal VVD-leden.
Donderdag lukte het Rutte om een extra afspraken te maken met zijn Europese collega’s over het Oekraïne-verdrag. De aanvullende afspraken zijn bedoeld om zorgen weg te nemen bij Nederlandse nee-stemmers bij het referendum van april.
In de tekst wordt onder meer juridisch vastgelegd dat het verdrag Oekraïne geen recht geeft op (kandidaat-)lidmaatschap van de EU. Ook wordt erin uitgesproken dat Oekraïners hierdoor niet het recht krijgen in Europa te werken of wonen. En het maakt het duidelijk dat EU-lidstaten niet worden verplicht tot extra veiligheidsgaranties of financiële verplichtingen.
De Tweede, en daarna de Eerste Kamer, moeten het Europese besluit aanvaardbaar vinden en het verdrag goedkeuren. Pas dan kan Nederland als laatste van de 28 lidstaten het zogeheten associatieverdrag tussen de EU en Oekraïne ratificeren. Dat is nog geen gelopen race, omdat het kabinet geen meerderheid heeft in de Eerste Kamer.
Rutte zei dat het "electoraal slimmer" was geweest om gehoor te geven aan de nee-stem. Maar als premier moet hij met alle belangen rekening houden. Rutte onderstreepte dat het om een raadplegend, dus niet-bindend referendum ging.